Het was me nog niet eerder gebeurd. Dat ik iets wilde schrijven en het idee kreeg dat het onderwerp al eerder voorbij gekomen was. Het betrof sowieso een terugkerende ergernis. Maar nu had ik een soort déjà vu. Die situatie had ik al eerder beschreven toch? En opeens wist ik het weer. Verzekeraar A. en de heer B. had ik al eens eerder ten tonele gevoerd. Toen had ik de blog Ergernis willen noemen. Maar ik was vanwege de A en de B en het moeizame beloop tot een conclusie gekomen: geen abc’tje. Dus dat werd de blog ABC. Nu echter (nog) meer ergernis.
Mijn klant was van zijn bromfiets gereden. Een paar maanden eerder was er aansprakelijkheid erkend en een eerste voorschot betaald. Nu informeerde de jongeman naar de betaling van zijn bromfietsschade. De expert had de schade ook al een maand of twee geleden vastgesteld. Maar geld was er nog niet overgemaakt. Ik belde weer eens met verzekeraar A. en vroeg naar meneer B. Het was even voor twaalf en de heer B. was net gaan lunchen. Mooi op tijd, dacht ik en zei dat ook. Ik kondigde aan later wel terug te bellen.
Om twee uur ’s middags belde ik weer. Meneer had een overleg. Dat zou een uur duren. Het was even voor vier uur dat ik er aan toe kwam om weer te bellen. Nee, de heer B. was de rest van de middag niet meer bereikbaar. Een collega was zo vriendelijk om even na te gaan waarom de bromfietsschade nog niet was betaald. Ach, het rapport was pas de week ervoor binnengekomen. Daar was zijn collega gelet op de werkvoorraad nog niet aan toe gekomen. Hij zou het onder zijn aandacht brengen. Dan zou ik vast snel horen. Ik had er weinig vertrouwen in.
Dezelfde dag werd ik ook gebeld door een mevrouw van verzekeraar A. Ze reageerde op het door mij recent toegezonden gespreksverslag en wilde even overleggen. Even was ik aangenaam verrast. Goh! Het kon dus wel, snel en proactief reageren. Maar die positieve druppel emotie verdampte al snel. Want de mevrouw wilde een eigen schaderegelaar inschakelen. Ik had dan wel geschreven dat er sprake was van ernstig letsel - meerdere weken ziekenhuisopname, nog een aantal weken revalidatie, een nog te verwachten herstelperiode van maanden, voorlopige rolstoelafhankelijkheid - maar ze wilde toch een controle laten uitvoeren. Zo noemde ze het natuurlijk niet. Maar dat dacht ik en zag dat ook.
Op basis van de reeds gemaakte kosten en een voorschot op het smartengeld had ik namelijk een eerste betaling van € 10.000,- gevraagd. Maar dat vond de mevrouw wel heel erg veel. Ze vond € 2500,- eerst wel genoeg. Haar schaderegelaar moest dan ter plekke maar bekijken wat er aan de hand was. Maar dat had ik toch in mijn verslag gemeld? Ja, maar ik had ook melding gemaakt van gezondheidsproblemen voor ongeval. En misschien was er ook al huishoudelijke hulp nodig voor het ongeval. Dat had ik niet vermeld! En ze had ook nog geen medische informatie.
Ik denk niet dat de mevrouw het zo bedoelde. Maar het klonk wel als een forse diskwalificatie van mijn werk en functie. Alsof ik onwaarheden, onjuistheden en verzinsels had opgediend. Terwijl ik daarmee toch wel mijn naam, beroepseer en integriteit op het spel zou zetten. Als registerexpert moet ik nota bene elk jaar een normenverklaring ondertekenen. Die ga ik hier niet citeren maar geloof mij, ik verklaar meer dan genoeg. Dat heb ik die mevrouw ook verteld. Maar het bleef vooralsnog bij een voorschot van € 2500,-.
Mijn vader zei vroeger vaak: “Erger je niet, verwonder je slechts.” Nou, ik heb me weer behoorlijk verwonderd.