Het is geen geheim dat ik politiek links georiënteerd ben. Het meest rechtse dat ik ooit heb gestemd was D66. Lang geleden. Het was nog in de tijd dat Jan Terlouw fractievoorzitter was. Vond ik toen een redelijk alternatief. Destijds hadden we nog geen stikstofcrisis. Niemand maakte zich nog druk om een aardbeving in Groningen. En we konden ons nog geen toeslagenaffaire bedenken. Maar ook toen was er al een dagelijks te volgen oorlog. Niet in Oekraïne maar verder weg: in Afghanistan. In een land waar we ons nog niet zo druk over maakten, hadden de Russen de toenmalige regering een handje geholpen. En als de Russen ergens een handje gaan helpen, dan komen er vaak tanks aan te pas.
Wat is er in 40 jaar veel veranderd. Ik werkte nog bij een verzekeringmaatschappij. Ik was nog samen met een andere vrouw. We hadden katten in plaats van honden. Er was nog geen partij voor de dieren. En we hadden nog geen sociale media. Wel zo rustig. Ik had toen nog de illusie dat de meeste mensen ongeveer zo dachten als ik. Wat toen misschien ook wel zo was. Toen hadden we nog geen linkse wolk maar een linkse muur.
Nu is er een rechts labyrint waarin je verdwaalt tussen liberalen, boeren, burgers, complotdenkers, fans van Poetin, conservatieven en ontkenners van alles en nog wat. Het is er in mijn beleving niet beter op geworden. Maar een democratie is nog altijd het beste van alle bestuursvormen. Ook al beseffen heel veel Nederlanders dat niet meer. Ongehoord Nederland.
Vorig weekend schreef ik twee blogs. Ze vielen nogal saai uit. Er was namelijk niet zoveel gebeurd. Dat heb je soms zo. Gewoon aan het werk, alles gaat zijn gangetje. Ik wilde je er niet mee vermoeien. En sloeg een weekje over. Het is niemand opgevallen. Geen enkele lezer heeft vertwijfeld gevraagd waarom de wekelijkse BERTWETER niet was verschenen. Niemand heeft me gevraagd naar mijn overpeinzingen of mening.
Nou ja, dat is eigenlijk niet waar. Want cliënten vragen heel vaak naar mijn mening. Ook in de afgelopen weken. “Wat zou u doen?” of “Maar wat is dan uw advies?” Dan gaat het over mijn werk als letselschadespecialist. Dan gaat het om keuzes over de toekomst van het slachtoffer. Is het verstandig om het aanbod te accepteren of gaan we toch nog een medisch onderzoek doen? Is de aangeboden vergoeding redelijk? Willen we nog een arbeidsdeskundige inschakelen voor begeleiding? Wat zijn onze kansen in een procedure? Wat is uw advies?
En heel vaak weet ik het ook niet. Ik kan een goede inschatting maken van de risico’s. Ik kan heel goed uitleggen wat de mogelijkheden zijn. Natuurlijk weet ik wat een redelijk bedrag aan smartengeld is. Ik kan heel onderbouwd een advies geven. Over aansprakelijkheid, over schade, over causaliteit en over van alles en nog wat. Over letselschade. Want dat is mijn werk. Waar ik inmiddels best goed in ben. En dus weet ik als geen ander dat het voorspellen van een uitkomst heel erg moeilijk is. Dus moet het slachtoffer uiteindelijk zelf kiezen. Ik geef mijn klanten advies en dat doe ik eerlijk en transparant. Denk er rustig over na! Het heeft geen haast. Ik zet niemand onder druk. Zelfs niet als ik eigenlijk wel bijna zeker weet wat het beste is. Het slachtoffer moet zelf beslissen.
Mijn stemadvies zal u duidelijk zijn. En dat is gewoon het beste. Maar uiteindelijk moet u zelf kiezen.